Afrikaanse vrouwen hebben altijd een tweederangs status gehad in het huis en in de kerk. De marginalisatie waarmee vrouwen in het jodendom te maken hebben gehad, is ook in het christendom geslopen. Het is echter gecompliceerd wanneer het Nieuwe Testament getuigt van teksten die vrouwen beschrijven als actieve deelnemers aan de bediening en tegelijkertijd het stilzwijgen van vrouwen in de bediening bepleiten. In de Kerk van Nigeria (Anglicaanse Communie) worden bepaalde functies die vrouwen ambiëren niet aan hen gegeven. Daarom is dit boek bedoeld om de intentie van de schrijver van 1 Korintiërs 14:26-40 te onderzoeken, een van de teksten die gebruikt wordt bij het ondergeschikt maken van vrouwen in de Kerk. Dit boek evalueert ook de implicaties van de tekst voor Afrikaanse vrouwen in de bediening in de context van de Nigeriaanse ervaring, in het bijzonder vrouwen in de Kerk van Nigeria (Anglicaanse Communie). De kerk zal een vitale factor en kracht in de kerkelijke spiritualiteit en organisatiestructuur verliezen zonder actieve en volledige betrokkenheid van vrouwen. Dit boek is vertaald met Kunstmatige Intelligentie.