In Niger is het belang van de boerenorganisaties (FO's) sterk toegenomen met de coöperatieve wet van 1996 die het coöperatieve systeem regelt en hun opkomst en ontwikkeling vergemakkelijkt. Geboren in een complexe context, die wordt gekenmerkt door de terugtrekking van de Staat uit de landbouwsector en de terughoudendheid van de financiële instellingen (FI's) om deze te financieren, hebben de FO's te kampen met grote financiële moeilijkheden. Deze situatie, die wordt veroorzaakt door de beperkingen in verband met de landbouwactiviteit zelf en het wantrouwen van de FI's, leidt tot een sterke afhankelijkheid van de FO's van externe financiële partners. Dit is de situatie waarmee de Federatie van tuinbouwcoöperaties van Niger (FCMN-Niya), die in 1996 is opgericht op initiatief van 11 tuinbouwcoöperaties, wordt geconfronteerd. Vandaag de dag telt de overkoepelende organisatie meer dan 140 coöperaties en unies van coöperaties en heeft zij initiatieven ontwikkeld om haar vermogen tot zelffinanciering te vergroten, dat sinds haar oprichting op minder dan 3% is gebleven, tegenover een financiering van meer dan 96% uit externe middelen. Deze scriptie van Master 2 in Innovatie en Ontwikkeling in plattelandsgebieden, is een bijdrage aan deze kwestie van financiële empowerment van PO's in West-Afrika.