Depressie bij kinderen wordt gekenmerkt door een variabele symptomatologie, verzadigd met meerdere rudimentaire fluctuerende symptomen. Alle kinderen met depressieve stoornissen hebben mentale, psychofysiologische en psychosociale ontogenese stoornissen, maar de dysontogenese van deze kinderen is heterogeen en treedt op afhankelijk van de nosologische aard van de depressie. Leeftijdsgebonden pathomorfose wordt bepaald door de leeftijd van het debuut van de depressie. Op jongere schoolleeftijd worden sociale functiestoornissen, angstige hypothetische en asthenoneurotische verschijnselen gedetecteerd. Naarmate het kind ouder wordt, breidt het spectrum van depressieve verschijnselen zich uit met een "nadruk" op het klassieke depressieve fenomeen. Het beeld van de ziekte wordt weergegeven door hypothetische, neurotische stoornissen met dysforische insluitsels. In preadolescentie is het klinische beeld van depressie meer gestructureerd, symptomatologie wordt gemaskeerd door manifestaties van negatieve fase van tiener puberteitscrisis. Depressieve dysforische, angstige en somatische verschijnselen zijn kenmerkend. De monografie is bedoeld voor artsen met een breed profiel (kinderartsen, psychiaters, neurologen), psychologen, leraren, ouders.