Tarwe (Triticum aestivum) is een belangrijk graangewas en voedt de wereldbevolking. De lagere genetische diversiteit in tarwe resulteerde in zijn kwetsbaarheid voor meervoudige biotische en abiotische beperkingen die de opbrengst aanzienlijk beïnvloeden. Om de productiviteit te verbeteren is genetische verbetering nodig. Om de genetische basis van tarwe te verbeteren, zijn wilde voorouders onderzocht en waardevol bevonden om het dringende doel te bereiken. Amphiploïden en synthetische hexaploïden geproduceerd door het kruisen van Durum tarwe (2n=4x=28; AABB) en diploïde voorouders met respectievelijk het A- en het D-genoom, zijn erkend als een manier om het wilde genetische potentieel in zijn voorouders te benutten. Deze synthetica dragen nieuwe allelische diversiteit voor belangrijke biotische stress, zoals schimmel- en virusziekten. Bovendien zijn abiotische spanningen zoals zoutgehalte en droogtetoleranties een toegevoegde eigenschap. In dit werk worden experimenten gepresenteerd die gericht zijn op de erkenning van verschillende potentiële eigenschappen in synthetische Hexaploïden om de inspanningen ter verbetering van tarwe wereldwijd te verbeteren.
Hinweis: Dieser Artikel kann nur an eine deutsche Lieferadresse ausgeliefert werden.
Hinweis: Dieser Artikel kann nur an eine deutsche Lieferadresse ausgeliefert werden.