Marjory Gordon
Handleiding Verpleegkundige Diagnostiek
Marjory Gordon
Handleiding Verpleegkundige Diagnostiek
- Broschiertes Buch
- Merkliste
- Auf die Merkliste
- Bewerten Bewerten
- Teilen
- Produkt teilen
- Produkterinnerung
- Produkterinnerung
In deze diagnostische handleiding kunnen studenten en verpleegkundigen snel zaken opzoeken uit de klinische praktijk. Of het nu is aan de hand van een cluster van klachten, op basis van een diagnostische term, of een bepaald gezondheidspatroon. Je gebruikt het boek als klinisch naslagwerk, als onderzoeksmiddel, als leidraad voor behandelingen en als stimulans voor ideeënvorming. Aan deze editie van Handleiding verpleegkundige diagnostiek zijn ruim vijftig diagnoses toegevoegd. Ook wordt benoemd welke groepen een hoger risico hebben op een bepaalde diagnose. Hierdoor zie je in de anamnesefase…mehr
Andere Kunden interessierten sich auch für
- Theoretisch Kader Voor de Verpleegkundige Beroepsuitoefening78,99 €
- Stichting Ovdb LobBeroepspraktijkvorming Verpleegkundige45,99 €
- T. StuutMbo-Verpleegkundige51,99 €
- Elly van HaarenKlinisch Redeneren En Verpleegkundige Classificaties46,99 €
- R. de Witde Verpleegkundige En Pijnbestrijding46,99 €
- Sue MoorheadVerpleegkundige Zorgresultaten95,99 €
- Elsbeth Ten Havede Verpleegkundige ALS Communicator: Leerboek Communicatieve Vaardigheden51,99 €
-
-
-
In deze diagnostische handleiding kunnen studenten en verpleegkundigen snel zaken opzoeken uit de klinische praktijk. Of het nu is aan de hand van een cluster van klachten, op basis van een diagnostische term, of een bepaald gezondheidspatroon. Je gebruikt het boek als klinisch naslagwerk, als onderzoeksmiddel, als leidraad voor behandelingen en als stimulans voor ideeënvorming. Aan deze editie van Handleiding verpleegkundige diagnostiek zijn ruim vijftig diagnoses toegevoegd. Ook wordt benoemd welke groepen een hoger risico hebben op een bepaalde diagnose. Hierdoor zie je in de anamnesefase gemakkelijker aanwijzingen. Dankzij de diagnostische instructies verbeter je de accuratesse van je beoordeling. En aan de hand van de toegevoegde zorgresultaten kun je een gezondheidsprobleem ook oplossen. Je krijgt aanwijzingen voor het maken van een rapportage. De zesde editie van de Handleiding verpleegkundige diagnostiek is gebaseerd op de dertiende Amerikaanse editie van de Manual of nursing diagnosis. Het boek bevat de diagnoses die zijn opgenomen in de taxonomie van NANDA International 2012-2014.
Hinweis: Dieser Artikel kann nur an eine deutsche Lieferadresse ausgeliefert werden.
Hinweis: Dieser Artikel kann nur an eine deutsche Lieferadresse ausgeliefert werden.
Produktdetails
- Produktdetails
- Verlag: Bohn Stafleu Van Loghum / Bohn Stafleu van Loghum
- 6th 2017 edition
- Seitenzahl: 643
- Erscheinungstermin: 18. September 2017
- Niederländisch
- Abmessung: 160mm x 105mm x 34mm
- Gewicht: 422g
- ISBN-13: 9789036817998
- ISBN-10: 9036817994
- Artikelnr.: 47531167
- Herstellerkennzeichnung
- Libri GmbH
- Europaallee 1
- 36244 Bad Hersfeld
- 06621 890
- Verlag: Bohn Stafleu Van Loghum / Bohn Stafleu van Loghum
- 6th 2017 edition
- Seitenzahl: 643
- Erscheinungstermin: 18. September 2017
- Niederländisch
- Abmessung: 160mm x 105mm x 34mm
- Gewicht: 422g
- ISBN-13: 9789036817998
- ISBN-10: 9036817994
- Artikelnr.: 47531167
- Herstellerkennzeichnung
- Libri GmbH
- Europaallee 1
- 36244 Bad Hersfeld
- 06621 890
Marjory Gordon, PhD, RN, FAAN was professor in de verpleegkunde aan Boston College, Massachusetts, VS, en heeft een groot deel van haar leven gewijd aan de ontwikkeling van verpleegkundige theorieën en het standaardiseren van verpleegkundige begrippen. De door haar ontwikkelde gezondheidspatronen zijn wereldwijd een begrip. Gordon overleed in 2015.
Verantwoording.
Literatuur.
Inhoud.
Deel 1 Algemeen.
Gebruik van de handleiding.
Toegankelijkheid van de verpleegkundige diagnoses.
Diagnostische terminologie.
Anamnese volgens functionele gezondheidspatronen: van gegevens naar diagnose.
Hoogrisicogroepen.
Diagnosespecifieke behandeling.
Documentatie.
Zorgresultaten.
Notities.
Literatuur.
Diagnoses.
Typologie van de functionele gezondheidspatronen.
1 Patroon van gezondheidsbeleving en
instandhouding.
2 Voedings
en stofwisselingspatroon.
3 Uitscheidingspatroon.
4 Activiteitenpatroon.
5 Slaap
rustpatroon.
6 Cognitie
en waarnemingspatroon.
7 Zelfbelevingspatroon.
8 Rollen
en relatiespatroon.
9 Seksualiteits
en voortplantingspatroon.
10 Coping en stressverwerkingspatroon.
11 Waarden
en levensovertuigingenpatroon.
Literatuur.
Richtlijnen voor de anamnese.
Volwassenen.
Zuigelingen en jonge kinderen.
Gezin.
Wijk of buurt.
Zeer ernstig zieken.
Praktische toepassing van de diagnoses.
Diagnostiek en behandeling binnen het verpleegkundig proces.
Verslaglegging.
Communicatie.
Kwaliteitsbewaking, standaarden en nationale richtlijnen.
Kostenbeheersing en personeelsplanning.
Casemanagement.
Ontwikkeling van zorgpaden.
Onderzoek en theorievorming.
Componenten van het verpleegkundig proces.
Documentatie: methode en voorbeeld.
Richtlijn voor de probleemgestuurde rapportage.
Voorbeeld van een verpleegkundige anamnese.
Deel 2 Diagnostische categorieën.
1 Patroon van gezondheidsbeleving en
instandhouding.
Risicovol gedrag voor de gezondheid .
Ineffectief gezondheidsonderhoud (specificeer).
Ineffectief persoonlijk gezondheidsmanagement.
Bereidheid tot verbetering van het persoonlijke gezondheidsmanagement.
Ineffectieve opvolging van de behandeling, gezin (specificeer gebied).
Gezondheidstekort, gemeenschap.
Risico op ineffectief gezondheidsmanagement (specificeer gebied).
Therapieontrouw (specificeer gebied).
Risico op therapieontrouw (specificeer gebied).
Besmetting.
Risico op besmetting.
Bereidheid tot verbetering van de immuunstatus.
Risico op infectie (specificeer gebied).
Risico op letsel (trauma).
Risico op uitdroging van het oog.
Risico op warmteletsel.
Risico op vaattrauma.
Risico op bloeding.
Risico op vallen.
Risico op peroperatief houdingsletsel.
Risico op vergiftiging.
Risico op verstikking.
Ineffectieve bescherming (specificeer).
Risico op bijwerkingen van jodiumhoudende contrastmiddelen.
Verstoord energieveld.
2 Voedings
en stofwisselingspatroon.
Voedingsteveel (of exogene obesitas).
Risico op voedingsteveel (of risico op obesitas).
Voedingstekort.
Bereidheid tot verbetering van de voeding.
Tekort aan drijfkracht bij volwassene.
Ineffectieve borstvoeding.
Onvoldoende moedermelk.
Onderbreking van de borstvoeding.
Bereidheid tot verbetering van de borstvoeding.
Ineffectief voedingspatroon van de zuigeling.
Neonatale geelzucht.
Risico op neonatale geelzucht.
Slikstoornis (ongecompenseerde).
Misselijkheid.
Risico op aspiratie.
Beschadigd mondslijmvlies (specificeer beschadiging).
Verstoorde gebitsontwikkeling.
Vochttekort.
Risico op vochttekort.
Overvulling van vocht.
Risico op verstoorde vochtbalans.
Bereidheid tot verbetering van de vochtbalans.
Risico op elektrolytenstoornis.
Huiddefect.
Risico op huiddefect.
Decubitus (specificeer categorie).
Weefseldefect (specificeer type).
Risico op een allergische reactie.
Allergische reactie op latex.
Risico op allergische reactie op latex.
Ineffectieve thermoregulatie.
Hyperthermie.
Hypothermie.
Risico op instabiele lichaamstemperatuur.
Risico op verstoorde leverfunctie.
Risico op instabiele bloedglucosewaarden.
3 Uitscheidingspatroon.
Obstipatie.
Subjectief ervaren obstipatie.
Periodieke obstipatie.
Risico op obstipatie.
Diarree.
Incontinentie voor feces.
Disfunctionele gastro
intestinale peristaltiek.
Risico op disfunctionele gastro
intestinale peristaltiek.
Verstoorde urine
uitscheiding.
Functionele urine
incontinentie.
Overloop
urine
incontinentie.
Reflex
urine
incontinentie.
Stress
urine
incontinentie.
Urge
urine
incontinentie.
Risico op urge
urine
incontinentie.
Volledige urine
incontinentie.
Urineretentie.
Bereidheid tot verbetering van de urine
uitscheiding.
4 Activiteitenpatroon.
Activiteitsvermogen, verminderd (specificeer niveau).
Risico op verminderd activiteitsvermogen.
Sedentaire levensstijl.
Vermoeidheid.
Gebrek aan ontspanning.
Mobiliteitstekort, lichamelijk (specificeer niveau).
Mobiliteitstekort, bed (specificeer niveau).
Beperkt vermogen tot verplaatsing (specificeer niveau).
Mobiliteitstekort, rolstoel.
Ambulantietekort (specificeer niveau).
Dolen.
Risico op inactiviteitssyndroom.
Risico op contracturen.
Zelfverwaarlozing.
Volledig persoonlijke
zorgtekort (specificeer niveau).
Zelfstandigheidstekort in wassen (specificeer niveau).
Zelfstandigheidstekort in kleden en uiterlijke verzorging (specificeer niveau).
Zelfstandigheidstekort in eten (specificeer niveau).
Zelfstandigheidstekort in toiletgang (specificeer niveau).
Vertraagde groei en ontwikkeling: persoonlijke
zorgvaardigheden (specificeer niveau).
Bereidheid tot verbetering van de zelfstandigheid.
Vertraagd herstel na een operatie.
Vertraagde groei en ontwikkeling.
Risico op vertraagde ontwikkeling.
Risico op afwijkende groei.
Verstoord vermogen tot uitvoeren van huishoudelijke taken.
Disfunctionele beademingsontwenning.
Verminderd ademhalingsvermogen.
Ineffectieve luchtwegreiniging.
Ineffectief ademhalingspatroon.
Verstoorde gasuitwisseling.
Verlaagd hartminuutvolume.
Risico op shock.
Ineffectieve perifere weefselperfusie.
Risico op ineffectieve perifere weefselperfusie.
Risico op verminderde weefselperfusie, cardiale.
Risico op ineffectieve weefselperfusie, gastro
intestinaal.
Risico op ineffectieve weefselperfusie, nieren.
Risico op ineffectieve weefselperfusie, hersenen.
Autonome dysreflexie.
Risico op autonome dysreflexie.
Risico op wiegendood.
Ontregeling bij de zuigeling.
Risico op ontregeling bij de zuigeling.
Bereidheid tot verbeterd georganiseerd functioneren van de zuigeling.
Risico op perifere neurovasculaire stoornis.
Verminderd intracranieel aanpassingsvermogen.
5 Slaap
rustpatroon.
Slapeloosheid.
Slaaptekort.
Verlaat inslapen.
Omkering van het slaappatroon.
Onderbreking van het slaappatroon.
Bereidheid tot verbetering van de slaap.
6 Cognitie
en waarnemingspatroon.
Acute pijn (specificeer type en locatie).
Chronische pijn (specificeer type en locatie).
Ineffectief zelfmanagement van pijn (chronisch, acuut).
Verstoord welbevinden.
Bereidheid tot verbetering van het welbevinden.
Ongecompenseerd zintuiglijk verlies (specificeer type/mate).
Zintuiglijke overbelasting.
Zintuiglijke onderbelasting.
Halfzijdige verwaarlozing.
Kennistekort (specificeer gebied).
Bereidheid tot kennisvermeerdering.
Ineffectieve planning van activiteiten (taken).
Risico op ineffectieve planning van activiteiten (taken).
Verstoorde denkprocessen.
Ineffectieve impulsbeheersing.
Aandacht
concentratietekort.
Acute verwardheid.
Risico op acute verwardheid.
Chronische verwardheid.
Syndroom van verstoorde omgevingsinterpretatie.
Ongecompenseerd geheugenverlies.
Geheugenstoornis.
Risico op verstoorde cognitie.
Bereidheid tot verbetering van de besluitvorming.
Beslisconflict (specificeer).
7 Zelfbelevingspatroon.
Vrees (specificeer object).
Angst.
Lichte angst.
Matige angst.
Hevige angst (paniek).
Anticiperende angst (licht, matig, hevig).
Doodsangst.
Reactieve depressie (specificeer situatie).
Risico op eenzaamheid.
Moedeloosheid.
Bereidheid tot vermeerdering van hoop.
Machteloosheid (ernstig, matig, licht).
Risico op machteloosheid.
Bereidheid tot vergroting van de eigen kracht.
Risico op aantasting van de menselijke waardigheid.
Situationeel geringe zelfachting.
Risico op situationeel geringe zelfachting.
Chronisch geringe zelfachting.
Risico op chronisch geringe zelfachting.
Bereidheid tot verbetering van het zelfbeeld.
Verstoord lichaamsbeeld.
Identiteitsstoornis.
Risico op een identiteitsstoornis.
Risico op geweld jegens zichzelf.
8 Rollen
en relatiepatroon.
Anticiperende rouw.
Rouw.
Gecompliceerde rouw.
Risico op gecompliceerde rouw.
Disfunctionele rouw.
Chronisch verdriet.
Ineffectieve rolvervulling (specificeer).
Onopgelost onafhankelijkheids
afhankelijkheidsconflict.
Sociaal isolement of sociale afwijzing.
Sociaal isolement.
Inadequate sociale interactie.
Vertraagde groei en ontwikkeling: sociale vaardigheden (specificeer).
Hervestigingssyndroom.
Risico op hervestigingssyndroom.
Ineffectieve partnerrelatie.
Risico op ineffectieve partnerrelatie.
Bereidheid tot verbetering van de partnerrelatie.
Verstoorde gezinsprocessen (specificeer).
Disfunctionele gezinsprocessen.
Bereidheid tot verbetering van de gezinsprocessen.
Ouderschapstekort (specificeer).
Risico op ouderschapstekort (specificeer).
Ouderrolconflict.
Zwakke ouder
kindhechting.
Risico op verstoorde hechting.
Ouder
kindscheiding.
Bereidheid tot verbetering van het ouderschap.
Overbelasting van de mantelzorger.
Risico op overbelasting van de mantelzorger.
Verstoorde verbale communicatie.
Bereidheid tot verbetering van de communicatie.
Vertraagde groei en ontwikkeling: communicatieve vaardigheden (specificeer soort).
Risico op geweld jegens anderen.
9 Seksualiteits
en voortplantingspatroon.
Ineffectief seksueel patroon.
Seksueel disfunctioneren.
Verkrachtingssyndroom.
Verkrachtingssyndroom, gecompliceerde vorm.
Verkrachtingssyndroom: stille vorm.
Ineffectief pre
, peri
en postnataal proces.
Risico op ineffectief pre
, peri
en postnataal proces.
Bereidheid tot verbetering van het pre
, peri
en postnataal proces.
Risico op verstoorde moeder
foetusband.
10 Stressverwerkingspatroon.
Ineffectieve coping (specificeer).
Bereidheid tot verbetering van de coping.
Probleemvermijding.
Defensieve coping.
Ineffectieve ontkenning.
Verminderde veerkracht (individuele).
Risico op aantasting van de menselijke waardigheid.
Bereidheid tot vergroting van de veerkracht.
Bedreigde gezinscoping.
Verstoorde gezinscoping.
Bereidheid tot verbetering van de gezinscoping.
Ineffectieve gemeenschapscoping.
Bereidheid tot verbetering van de gemeenschapscoping.
Posttraumatisch syndroom.
Risico op posttraumatisch syndroom.
Tekortschietend ondersteuningssysteem.
Risico op suïcide.
Overbelasting.
Zelfverminking.
Risico op zelfverminking.
11 Waarden
en levensovertuigingenpatroon.
Morele nood.
Geestelijke nood.
Risico op geestelijke nood.
Bereidheid tot verbetering van het geestelijk welzijn.
Verstoring van de religiositeit.
Risico op verstoring van de religiositeit.
Bereidheid tot verbetering van de religiositeit.
Verklarende woordenlijst. ¿ Register.
Verantwoording.
Literatuur.
Inhoud.
Deel 1 Algemeen.
Gebruik van de handleiding.
Toegankelijkheid van de verpleegkundige diagnoses.
Diagnostische terminologie.
Anamnese volgens functionele gezondheidspatronen: van gegevens naar diagnose.
Hoogrisicogroepen.
Diagnosespecifieke behandeling.
Documentatie.
Zorgresultaten.
Notities.
Literatuur.
Diagnoses.
Typologie van de functionele gezondheidspatronen.
1 Patroon van gezondheidsbeleving en
instandhouding.
2 Voedings
en stofwisselingspatroon.
3 Uitscheidingspatroon.
4 Activiteitenpatroon.
5 Slaap
rustpatroon.
6 Cognitie
en waarnemingspatroon.
7 Zelfbelevingspatroon.
8 Rollen
en relatiespatroon.
9 Seksualiteits
en voortplantingspatroon.
10 Coping en stressverwerkingspatroon.
11 Waarden
en levensovertuigingenpatroon.
Literatuur.
Richtlijnen voor de anamnese.
Volwassenen.
Zuigelingen en jonge kinderen.
Gezin.
Wijk of buurt.
Zeer ernstig zieken.
Praktische toepassing van de diagnoses.
Diagnostiek en behandeling binnen het verpleegkundig proces.
Verslaglegging.
Communicatie.
Kwaliteitsbewaking, standaarden en nationale richtlijnen.
Kostenbeheersing en personeelsplanning.
Casemanagement.
Ontwikkeling van zorgpaden.
Onderzoek en theorievorming.
Componenten van het verpleegkundig proces.
Documentatie: methode en voorbeeld.
Richtlijn voor de probleemgestuurde rapportage.
Voorbeeld van een verpleegkundige anamnese.
Deel 2 Diagnostische categorieën.
1 Patroon van gezondheidsbeleving en
instandhouding.
Risicovol gedrag voor de gezondheid .
Ineffectief gezondheidsonderhoud (specificeer).
Ineffectief persoonlijk gezondheidsmanagement.
Bereidheid tot verbetering van het persoonlijke gezondheidsmanagement.
Ineffectieve opvolging van de behandeling, gezin (specificeer gebied).
Gezondheidstekort, gemeenschap.
Risico op ineffectief gezondheidsmanagement (specificeer gebied).
Therapieontrouw (specificeer gebied).
Risico op therapieontrouw (specificeer gebied).
Besmetting.
Risico op besmetting.
Bereidheid tot verbetering van de immuunstatus.
Risico op infectie (specificeer gebied).
Risico op letsel (trauma).
Risico op uitdroging van het oog.
Risico op warmteletsel.
Risico op vaattrauma.
Risico op bloeding.
Risico op vallen.
Risico op peroperatief houdingsletsel.
Risico op vergiftiging.
Risico op verstikking.
Ineffectieve bescherming (specificeer).
Risico op bijwerkingen van jodiumhoudende contrastmiddelen.
Verstoord energieveld.
2 Voedings
en stofwisselingspatroon.
Voedingsteveel (of exogene obesitas).
Risico op voedingsteveel (of risico op obesitas).
Voedingstekort.
Bereidheid tot verbetering van de voeding.
Tekort aan drijfkracht bij volwassene.
Ineffectieve borstvoeding.
Onvoldoende moedermelk.
Onderbreking van de borstvoeding.
Bereidheid tot verbetering van de borstvoeding.
Ineffectief voedingspatroon van de zuigeling.
Neonatale geelzucht.
Risico op neonatale geelzucht.
Slikstoornis (ongecompenseerde).
Misselijkheid.
Risico op aspiratie.
Beschadigd mondslijmvlies (specificeer beschadiging).
Verstoorde gebitsontwikkeling.
Vochttekort.
Risico op vochttekort.
Overvulling van vocht.
Risico op verstoorde vochtbalans.
Bereidheid tot verbetering van de vochtbalans.
Risico op elektrolytenstoornis.
Huiddefect.
Risico op huiddefect.
Decubitus (specificeer categorie).
Weefseldefect (specificeer type).
Risico op een allergische reactie.
Allergische reactie op latex.
Risico op allergische reactie op latex.
Ineffectieve thermoregulatie.
Hyperthermie.
Hypothermie.
Risico op instabiele lichaamstemperatuur.
Risico op verstoorde leverfunctie.
Risico op instabiele bloedglucosewaarden.
3 Uitscheidingspatroon.
Obstipatie.
Subjectief ervaren obstipatie.
Periodieke obstipatie.
Risico op obstipatie.
Diarree.
Incontinentie voor feces.
Disfunctionele gastro
intestinale peristaltiek.
Risico op disfunctionele gastro
intestinale peristaltiek.
Verstoorde urine
uitscheiding.
Functionele urine
incontinentie.
Overloop
urine
incontinentie.
Reflex
urine
incontinentie.
Stress
urine
incontinentie.
Urge
urine
incontinentie.
Risico op urge
urine
incontinentie.
Volledige urine
incontinentie.
Urineretentie.
Bereidheid tot verbetering van de urine
uitscheiding.
4 Activiteitenpatroon.
Activiteitsvermogen, verminderd (specificeer niveau).
Risico op verminderd activiteitsvermogen.
Sedentaire levensstijl.
Vermoeidheid.
Gebrek aan ontspanning.
Mobiliteitstekort, lichamelijk (specificeer niveau).
Mobiliteitstekort, bed (specificeer niveau).
Beperkt vermogen tot verplaatsing (specificeer niveau).
Mobiliteitstekort, rolstoel.
Ambulantietekort (specificeer niveau).
Dolen.
Risico op inactiviteitssyndroom.
Risico op contracturen.
Zelfverwaarlozing.
Volledig persoonlijke
zorgtekort (specificeer niveau).
Zelfstandigheidstekort in wassen (specificeer niveau).
Zelfstandigheidstekort in kleden en uiterlijke verzorging (specificeer niveau).
Zelfstandigheidstekort in eten (specificeer niveau).
Zelfstandigheidstekort in toiletgang (specificeer niveau).
Vertraagde groei en ontwikkeling: persoonlijke
zorgvaardigheden (specificeer niveau).
Bereidheid tot verbetering van de zelfstandigheid.
Vertraagd herstel na een operatie.
Vertraagde groei en ontwikkeling.
Risico op vertraagde ontwikkeling.
Risico op afwijkende groei.
Verstoord vermogen tot uitvoeren van huishoudelijke taken.
Disfunctionele beademingsontwenning.
Verminderd ademhalingsvermogen.
Ineffectieve luchtwegreiniging.
Ineffectief ademhalingspatroon.
Verstoorde gasuitwisseling.
Verlaagd hartminuutvolume.
Risico op shock.
Ineffectieve perifere weefselperfusie.
Risico op ineffectieve perifere weefselperfusie.
Risico op verminderde weefselperfusie, cardiale.
Risico op ineffectieve weefselperfusie, gastro
intestinaal.
Risico op ineffectieve weefselperfusie, nieren.
Risico op ineffectieve weefselperfusie, hersenen.
Autonome dysreflexie.
Risico op autonome dysreflexie.
Risico op wiegendood.
Ontregeling bij de zuigeling.
Risico op ontregeling bij de zuigeling.
Bereidheid tot verbeterd georganiseerd functioneren van de zuigeling.
Risico op perifere neurovasculaire stoornis.
Verminderd intracranieel aanpassingsvermogen.
5 Slaap
rustpatroon.
Slapeloosheid.
Slaaptekort.
Verlaat inslapen.
Omkering van het slaappatroon.
Onderbreking van het slaappatroon.
Bereidheid tot verbetering van de slaap.
6 Cognitie
en waarnemingspatroon.
Acute pijn (specificeer type en locatie).
Chronische pijn (specificeer type en locatie).
Ineffectief zelfmanagement van pijn (chronisch, acuut).
Verstoord welbevinden.
Bereidheid tot verbetering van het welbevinden.
Ongecompenseerd zintuiglijk verlies (specificeer type/mate).
Zintuiglijke overbelasting.
Zintuiglijke onderbelasting.
Halfzijdige verwaarlozing.
Kennistekort (specificeer gebied).
Bereidheid tot kennisvermeerdering.
Ineffectieve planning van activiteiten (taken).
Risico op ineffectieve planning van activiteiten (taken).
Verstoorde denkprocessen.
Ineffectieve impulsbeheersing.
Aandacht
concentratietekort.
Acute verwardheid.
Risico op acute verwardheid.
Chronische verwardheid.
Syndroom van verstoorde omgevingsinterpretatie.
Ongecompenseerd geheugenverlies.
Geheugenstoornis.
Risico op verstoorde cognitie.
Bereidheid tot verbetering van de besluitvorming.
Beslisconflict (specificeer).
7 Zelfbelevingspatroon.
Vrees (specificeer object).
Angst.
Lichte angst.
Matige angst.
Hevige angst (paniek).
Anticiperende angst (licht, matig, hevig).
Doodsangst.
Reactieve depressie (specificeer situatie).
Risico op eenzaamheid.
Moedeloosheid.
Bereidheid tot vermeerdering van hoop.
Machteloosheid (ernstig, matig, licht).
Risico op machteloosheid.
Bereidheid tot vergroting van de eigen kracht.
Risico op aantasting van de menselijke waardigheid.
Situationeel geringe zelfachting.
Risico op situationeel geringe zelfachting.
Chronisch geringe zelfachting.
Risico op chronisch geringe zelfachting.
Bereidheid tot verbetering van het zelfbeeld.
Verstoord lichaamsbeeld.
Identiteitsstoornis.
Risico op een identiteitsstoornis.
Risico op geweld jegens zichzelf.
8 Rollen
en relatiepatroon.
Anticiperende rouw.
Rouw.
Gecompliceerde rouw.
Risico op gecompliceerde rouw.
Disfunctionele rouw.
Chronisch verdriet.
Ineffectieve rolvervulling (specificeer).
Onopgelost onafhankelijkheids
afhankelijkheidsconflict.
Sociaal isolement of sociale afwijzing.
Sociaal isolement.
Inadequate sociale interactie.
Vertraagde groei en ontwikkeling: sociale vaardigheden (specificeer).
Hervestigingssyndroom.
Risico op hervestigingssyndroom.
Ineffectieve partnerrelatie.
Risico op ineffectieve partnerrelatie.
Bereidheid tot verbetering van de partnerrelatie.
Verstoorde gezinsprocessen (specificeer).
Disfunctionele gezinsprocessen.
Bereidheid tot verbetering van de gezinsprocessen.
Ouderschapstekort (specificeer).
Risico op ouderschapstekort (specificeer).
Ouderrolconflict.
Zwakke ouder
kindhechting.
Risico op verstoorde hechting.
Ouder
kindscheiding.
Bereidheid tot verbetering van het ouderschap.
Overbelasting van de mantelzorger.
Risico op overbelasting van de mantelzorger.
Verstoorde verbale communicatie.
Bereidheid tot verbetering van de communicatie.
Vertraagde groei en ontwikkeling: communicatieve vaardigheden (specificeer soort).
Risico op geweld jegens anderen.
9 Seksualiteits
en voortplantingspatroon.
Ineffectief seksueel patroon.
Seksueel disfunctioneren.
Verkrachtingssyndroom.
Verkrachtingssyndroom, gecompliceerde vorm.
Verkrachtingssyndroom: stille vorm.
Ineffectief pre
, peri
en postnataal proces.
Risico op ineffectief pre
, peri
en postnataal proces.
Bereidheid tot verbetering van het pre
, peri
en postnataal proces.
Risico op verstoorde moeder
foetusband.
10 Stressverwerkingspatroon.
Ineffectieve coping (specificeer).
Bereidheid tot verbetering van de coping.
Probleemvermijding.
Defensieve coping.
Ineffectieve ontkenning.
Verminderde veerkracht (individuele).
Risico op aantasting van de menselijke waardigheid.
Bereidheid tot vergroting van de veerkracht.
Bedreigde gezinscoping.
Verstoorde gezinscoping.
Bereidheid tot verbetering van de gezinscoping.
Ineffectieve gemeenschapscoping.
Bereidheid tot verbetering van de gemeenschapscoping.
Posttraumatisch syndroom.
Risico op posttraumatisch syndroom.
Tekortschietend ondersteuningssysteem.
Risico op suïcide.
Overbelasting.
Zelfverminking.
Risico op zelfverminking.
11 Waarden
en levensovertuigingenpatroon.
Morele nood.
Geestelijke nood.
Risico op geestelijke nood.
Bereidheid tot verbetering van het geestelijk welzijn.
Verstoring van de religiositeit.
Risico op verstoring van de religiositeit.
Bereidheid tot verbetering van de religiositeit.
Verklarende woordenlijst. ¿ Register.