Dit boek bevat een vertaling (op basis van de Engelse vertaling van Sri Aurobindo Gosh (1872-1950)), uitleg en commentaar op de eerste mandala uit de Rig Veda, het oudste van de vier Veda's. De uitleg zal schriftgeleerden versteld doen staan niet alleen door elementaire onderscheidingen, zoals die tussen licht, vuur en vlam, binnen hetzelfde 'vuur', die gemaakt worden, maar vooral ook doordat getoond wordt welke betekenis deze onderscheidingen, differenties, hebben binnen het offer. Het is het offer dat het onderwerp is van de Rig Veda. Vanuit de betaling gezien is het offer totale verspilling, een mundaan immoreel kwaadaardig stelen van jezelf, omdat het geofferde vaak niet eens geconsumeerd wordt, niemand er wat aan heeft, en vanuit de gift gezien is het offer een gift, maar een sacraal offer is een heilig offer, wanneer de vruchten van het offer geofferd worden, en zijn magische effect kan een reine gift en een profane morele betaling tot offer maken. Met deze uitleg op de Rig Veda kan de waas van kwaadaardigheid en primitieve onwetendheid waarmee in een steeds minder wetenschappelijke tijdsgeest het fenomeen offer geduid wordt, kan die waas, die smet, gereinigd worden. Dit boek geeft daarom ook ruim aandacht vanuit een bespreking van de Euclidische geometrie wat wetenschap, objectieve waarheid door een intersubjectieve sacrale gemeenschap van objectief morele subjecten gedacht, is. Dat kan een verdere achtergrond vormen voor absolute objectieve waarheid, die door absolute subjecten (mannen van Kennis en macht) zonder bemiddeling van de intersubjectiviteit gekend kan worden, in ieder geval een plaats te geven. Het is het offer dat tot het domein van de absolute waarheid behoort. Dat is een domein waar het logisch axioma dat het geheel groter is in relatie tot ieder deel niet geldt. De rol van logica in de niet niet-logiche wetenschap wordt dan ook besproken. Dit boek is een theologisch boek wanneer theologie de kunst is om geopenbaarde absolute objectieve waarheid uit de heilige religieuze boeken, zoals de Rig Veda, toegeëigend wordt door de ene religieus filosofisch vraag die de vraag stelt naar wat het zijn is. Je hebt niets aan geopenbaarde antwoorden als je de vraag niet kent en met heel je biddend hart elk moment weer weet te stellen. Deze vraag is door Martin Heidegger (1889-1976) helder gesteld en wordt in dit boek zo helder gesteld dat het antwoord in die helderheid geboren kan worden. Een sleutel tot dat antwoord is de identificatie van de dood met dat Ene (en niet andersom). Het gaat er dan ook om de dood, die de tijd mogelijk maakt, tijdens het leven te ervaren en wel middels het offer geboren uit liefde voor de Kennis, die ook de Kennis van de liefde bevat. Dat antwoord op wat de vraag naar het zijn is, is zelf de sleutel om de geopenbaarde waarheid uit de Veda's, waarvan de Bhagavad-Gita het wezen is, de Tenach, de Bijbel en de Koran te openen. De hiërarchische relaties tussen Transcendentie, aanwezigheid, niets, schijn, zijn, tijd en God worden uit-een-gelegd en hoe de vier elementen (Wind, Water, Vuur en Aarde) ontstaan. Deze theologie is een magische theologos. Geopenbaarde religie geeft antwoord en dat (ant)woord is theologisch toe te eigenen door te weten wat de filosofische (zijns)vraag is. Theologie is de wetenschap die geboren wordt in de heldere filosofische bevraging van wat religie is. Je zult hier leren dat tijd de actualiteit van de toekomst. Wanneer dat Ene niet gekend is, is de toekomst de dood, het verleden dat je in het heden vanuit de toekomst toevalt. Tijd is God en God is het Kennen van dat Ene. Niet is dat Ene de Dood, maar dat Ene Kennen en je Kent voorbij de dood en zal het leven leren kennen. De actualiteit van de toekomst is macht waarin wijsheid, vrijheid en leven te vinden zijn, wanneer dat Ene gekend is.
Hinweis: Dieser Artikel kann nur an eine deutsche Lieferadresse ausgeliefert werden.
Hinweis: Dieser Artikel kann nur an eine deutsche Lieferadresse ausgeliefert werden.