In de jaren tachtig maakte Bernard Williams een aantal plausibele opmerkingen over dikke ethische concepten, maar zonder uit te leggen waarom ze werken zoals hij geloofde. Dit boek ontwikkelt een collectieve versie van David Lewis' conversatiemodel voor het bijhouden van scores, en laat zien hoe het bijhouden van scores de inhoud van dikke ethische concepten kan controleren. Het geeft een analyse van een breed opgemerkt fenomeen, dat mensen uit verschillende culturen incongruente dikke ethische concepten toepassen. Het model biedt een nieuwe stellingname dat het relativisme van de afstand verdwijnt wanneer men het scorebord van een andere cultuur beheerst, wat suggereert dat er minstens vier volwassenheidsniveaus zijn die overeenkomen met vier soorten relativistische houdingen: in absolutisme, een zelfingenomen houding; in vulgair relativisme, een oecumenische houding; in relativisme van de afstand, een onthechte houding; en in volwassen beoordeling, een verantwoordelijke houding. De scorebordtheorie wordt vervolgens onderzocht in de context van het één-kind-beleid van China. Shi suggereert dat het begrijpen van overheidsbeleid door middel van dikke en dunne ethische concepten een nieuwe en effectieve benadering van de interculturele dialoog is, en beveelt aan dat mensen de scoringsgeschiedenissen van verschillende culturen leren kennen.