In dit boek worden de schimmelpathogenen van sojazaad uit Karnataka, India onderzocht die een belangrijke rol spelen in de vermindering van de kwaliteit en kwantiteit van de sojaproductie. De standaard blotterpapier- en agarplaatmethode werd gebruikt voor de isolatie van zaadmycoflora volgens het protocol van de International Rules for Seed Testing. Er werd vastgesteld dat alle onderzochte sojaboonvariëteiten verschillende schimmelsoorten herbergden, nl, Alternaria alternata, Aspergillus fumigatus, A. niger, A. ochraceus, Colletotrichum dematium, Curvularia lunata, Chaetomium globosum, Cercospora kikuchii, C. sojina, Drechslera avenae, Fusarium equiseti, F. solani, Nigrospora sphaerica, Phomopsis longicolla, Phoma spp, Rhizopus spp., Trichothecium roseum, Trichoderma viridae, Verticillium nigrescens en andere niet-geïdentificeerde soorten. Onder de geïsoleerde schimmels waren de meest waargenomen schimmels A. flavus, C. cladosporioides, F. equiseti en M. phaseolina. Al deze vier schimmelorganismen werden verder geselecteerd voor moleculaire karakterisering.