Onvoorspelbare veiligheidsgebeurtenissen bij mensen tijdens klinisch onderzoek naar nieuwe geneesmiddelen kosten veel geld en geld. De industrie die medicijnen ontdekt, probeert deze voorvallen te minimaliseren door zorgvuldige preklinische veiligheidstesten uit te voeren. De huidige standaardpraktijken zijn goed in het voorkomen dat toxische verbindingen in de kliniek worden getest; vals-negatieve preklinische toxiciteitsresultaten zijn echter nog steeds een realiteit. Constante verbetering moet worden nagestreefd in het preklinische domein. Met meer informatie over potentiële toxiciteit en bijbehorende mechanismen kunnen therapieën van betere kwaliteit worden ontwikkeld. Het zebravismodel vormt een brug tussen in vitro testen en in vivo studies bij zoogdieren. Dit model is krachtig in zijn toepassingsmogelijkheden en geschiktheid voor onderzoek. In de afgelopen twee decennia is ons begrip van ziektebiologie en geneesmiddelentoxiciteit aanzienlijk gegroeid dankzij duizenden studies op dit kleine gewervelde dier. Dit overzicht vat de uitdagingen en sterke punten van het model samen, bespreekt de 3V-waarde die het kan leveren, benadrukt vertaalbare en niet-vertaalbare biologie en brengt rapporten samen van recente studies met zebravissen gericht op nieuwe toxicologie voor het ontdekken van geneesmiddelen.