Het Engelse lexicon heeft sinds de Oud-Engelse periode dramatische veranderingen ondergaan. Naast het grote aantal woorden dat de taal heeft gewonnen en verloren, zijn ook de processen van woordvorming zelf veranderd. Een vergelijking van de Oud-Engelse en de Modern-Engelse lexicons laat zien dat naast 1) de woorden die tot op de dag van vandaag overleven en 2) de woorden die gaandeweg verloren zijn gegaan, er een belangrijke derde groep woorden is - de woorden die het midden houden tussen overleven en verouderen. Dit werk geeft een overzicht van de verschillende manieren waarop woorden uit de Oud-Engelse periode een niet zo robuust bestaan in de huidige taal weten te handhaven, waarbij de rol van samenstelling, afleiding, vermenging, semantische verandering, dialectische variatie, heranalyse en (her)ontlening wordt onderzocht. Het Engelse lexicon heeft sinds de Oud-Engelse periode dramatische veranderingen ondergaan. Naast het grote aantal woorden dat de taal heeft gewonnen en verloren, zijn ook de processen van woordvorming zelf veranderd. Een vergelijking van de Oud-Engelse en de Modern-Engelse lexicons laat zien dat naast 1) de woorden die tot op de dag van vandaag overleven en 2) de woorden die gaandeweg verloren zijn gegaan, er een belangrijke derde groep woorden is - de woorden die het midden houden tussen overleven en verouderen. Dit werk geeft een overzicht van de verschillende manieren waarop woorden uit de Oud-Engelse periode een niet zo robuust bestaan in de huidige taal weten te handhaven, waarbij de rol van samenstelling, afleiding, vermenging, semantische verandering, dialectische variatie, heranalyse en (her)ontlening wordt onderzocht.