Deze studie werd ingegeven door de voortdurende uitbreiding van het aantal inschrijvingen op basisschoolniveau in Zimbabwe. De studie maakte gebruik van het beschrijvende onderzoeksontwerp. Om gegevens te verzamelen werden zowel open als gesloten vragenlijsten als instrument gebruikt. Gestratificeerde willekeurige steekproeven werden gebruikt om 30 leraren te selecteren uit een populatie van leraren in 33 basisscholen die werden bestudeerd. De belangrijkste bevindingen van het onderzoek zijn dat grote klassen de interactiepatronen en niveaus tussen de leraar en de student en tussen studenten onderling verminderen. Leraren vinden het moeilijk om met grote klassen om te gaan en dit doet afbreuk aan kwaliteit en leermogelijkheden. De leraar schakelt uit en raakt ontkoppeld wanneer hij met een grote klas wordt geconfronteerd. De grootte van de klas heeft een negatief effect op de mogelijkheid om te leren. In het onderzoek wordt aanbevolen dat het ministerie van Onderwijs zich houdt aan beleidsrichtlijnen met betrekking tot de leerling-leraarverhouding. Ouders moeten worden betrokken bij het mobiliseren van middelen om de leermogelijkheden van elk kind te verbeteren.